Het sociaal panorama omvat een aantal instrumenten voor psychotherapie en coaching, om relaties te analyseren en te verbeteren. Het idee erachter is, dat mensen in een onbewust funktionerend driedimensionaal landschap leven, waarin ze zichzelf en de anderen een plek hebben gegeven.
De exacte locatie waarop men deze sociale beelden projecteert bepaalt de aard en kwaliteit van de betreffende relaties. De zo ontstane 3-D kaart van de sociale werkelijkheid beslist uiteindelijk over de plaats die men in de samenleving in kan nemen. Problemen met intieme relaties, zelfvertrouwen, conflicten, macht, families, teams en organisaties kunnen worden opgelost met de technieken van dit sociaal panorama model.
Wij zijn nou eenmaal sociale wezens en daarom is onze beleving boordevol met mensen. Om als mens succesvol tussen de anderen te kunnen navigeren, hebben we een kaart van de mensheid nodig, die ons vertelt wie de anderen zijn en hoe we daartussen passen. Enerzijds leren we de unieke kenmerken van anderen te onderscheiden, zodat we ze als individu kunnen herkennen. Anderzijds moeten we de relaties die we met de mensen om ons heen hebben, op de een of andere manier vastleggen. De vraag waar het sociaal panorama model een antwoord op geeft is: Hoe representeren we die intermenselijke relaties?
Na vijentwintig jaar experimenteren is er maar één conclusie mogelijk: onbewust geven we onze relaties weer in een drie dimensionale mentale kaart.
Gedwongen door onze anatomie, en met name door onze zintuigen en neurologie, moeten we de werkelijkheid om ons heen in kaart brengen. Baby’s beginnen daar al in de baarmoeder mee. De kern van dit proces is de generalisatie van de waarneming: series van specifieke zintuiglijke ervaringen worden gereduceerd tot schematische voorstellingen in ons geheugen. We trekken algemene conclusies uit het vele en gevarieerde wat we meemaken en komen zo tot vaststellingen, zekerheden, vanzelfsprekendheden en overtuigingen. Op die generalisaties baseren we ons beeld van de werkelijkheid. We hebben dit mentale model van de wereld nodig om te kunnen handelen, maar het is door ons zelf gemaakt en niet perfect; het geeft de realiteit vervormd, over-gegeneraliseerd en beperkt weer, en dat geldt ook in grote mate voor ons model van het sociale deel van de werkelijkheid.
Want de echte vlees en bloed mensen, met al hun specifieke details, hun unieke eigenschappen en veranderlijkheid, nemen we in eerste instantie als bewegende objecten in de fysieke ruimte om ons heen waar. Hun enorme complexiteit reduceren we echter tot een stelsel van abstracties. De afwisseling, nuance en dynamiek die werkelijke mensen vertonen, overstijgt mogelijk onze opslagcapaciteit, maar biedt ons vooral te weinig houvast om ogenblikkelijk onze relatie met hen te kunnen bepalen; zouden we ze in hun ware gedaante in ons geheugen opslaan, dan zou het resultaat te complex en te genuanceerd zijn om onze positie ten opzichte van hen mee te kunnen bepalen. In ieder geval niet op de slagvaardige manier die we in ons dagelijkse leven nodig hebben: we moeten meestal meteen weten waar we staan en wat de relationele verwachtingen zijn. Daarom reduceren we de anderen tot eenvoudige schema’s die we op vaste locaties in onze mentale ruimte plaatsen. Met andere woorden, iedere relevante persoon wordt geabstraheerd tot minimaal een blikrichting en een ooghoogte op een eigen plaats in onze denkruimte. In de moderne kunst en in kindertekeningen zien we wat mogelijk het soort beelden is die we werkelijk in ons geheugen griffen als het om andere mensen gaat. Met behulp daarvan maken we een landschap vol representaties van personen: een sociaal panorama.
Het primaire onderscheid tussen enerzijds echte vlees en bloed mensen en anderzijds de mentale representaties van mensen (personificaties genoemd) is een noodzakelijke voorwaarde voor het kunnen werken met het sociaal panorama model.
Leren wordt gekarakteriseerd, door bewuste en onbewuste inspanningen, die uiteindelijk tot geautomatiseerde en buiten de aandacht verlopende gedachteprocessen leiden. Uiteindelijk gaat al het geleerde onbewust. Vooral het leren dat in onze vroege jeugd begonnen is – en waar ook de omgang met andere mensen toe behoort –, leidt tot een vergaand niveau van onbewustheid. Daarbij gaat het om het gebied dat mensen als volkomen vanzelfsprekend en “gewoon” ervaren. Het sociaal panorama model is een bijzondere confrontatie met dit ontoegankelijke automatische en super snelle onbewuste denken. Het laat ons ontdekken dat mensen virtuoos met intermenselijke relaties kunnen jongleren, zonder enige bewust besef van de betreffende gedachtegangen te hebben. We spreken daarom van onbewuste sociale cognitie.
Door het onbewuste karakter van hun model van de sociale werkelijkheid, beseffen de meeste mensen niet dat ze de beelden van anderen voortdurend om zich heen dragen; dat ze die zelf gemaakt hebben en nog maken; en dat ze die steeds herordenen en veranderen. Pas als mensen met het sociaal panorama model geconfronteerd worden, gaan ze dat inzien. Voordien gebruiken ze meestal allerlei magische verklaringen voor de voor hen onbegrijpelijke fenomenen die uit de onbewuste sociale cognitie voortkomen. Maar zodra ze snappen hoe het werkt, gaat er een spannende wereld open. Relaties zijn dan geen oncontroleerbare gegevenheden meer, maar de producten van onbewuste zelfwerkzaamheid. Achteraf is het sociaal panorama voor de meeste mensen iets vanzelfsprekends – omdat ze dit eigenlijk al van jongs af aan beoefenen, zij het dan, onbewust. Het is het logische product van hun vroege sociale ontwikkeling.
Dankzij dit model kunnen we inzien, hoe we onszelf een plek tussen de anderen toekennen. Een plek die ons lang niet altijd de beste kansen in het leven biedt. Soms werkt die plaats regelrecht beperkend. Begrijpen we dit, dan ontstaat er keuzevrijheid waar die aanvankelijk ontbrak. Met behulp van dat inzicht, kunnen we doelgericht verbeteringen in onze sociale ervaring aanbrengen. Ook kunnen we anderen helpen om hetzelfde te doen. De representatie van de sociale werkelijkheid is een onbewust proces. Het vindt automatisch plaats en het gaat uiterst snel. De beelden van anderen blijven wat hun intensiteit betreft meestal beneden de bewustzijnsdrempel. Dit zorgt ervoor dat mensen weten wat ze betekenen zonder er nadrukkelijk zicht op te hebben. Via de verkenningstechnieken van het sociaal panorama krijgen mensen toegang tot dit onbewuste niveau.
Sceptici struikelen vooral over de ontoetsbaarheid van onbewuste representaties. Om succesvol met het sociaal panorama te kunnen werken, moet de coach of therapeut dergelijke weerstand kunnen overbruggen. Voor buitenstaanders is het sociaal panorama vaak vaag, maar dit vage gedoe, bepaalt toevallig wel een groot deel van hun bestaan: hun hele sociale leven.
Het sociaal panorama model is geworteld in de sociale cognitietheorie. Maar NLP’s praktische aanpak, met in het bijzonder submodaliteiten en gedeelten, voert dit idee ver voorbij het puur theoretische debat.
Omdat bijna alle menselijke problemen wel iets met relaties te maken hebben (sociale componenten hebben), is het sociaal panorama model een bijna universeel toepasbaar instrument voor het begeleiden van de persoonlijke ontwikkeling. De systematiek ervan, maakt zelfs de meest complexe relationele thema’s doorzichtig. Het is een NLP instrument waarmee op een vaak schokkend eenvoudige manier, met de relaties met geliefden, vrienden, collega’s, kinderen, ouders, vreemdelingen, groepen, teams, overledenen, geesten en goden gewerkt kan worden. Ook haakt het aan op alle problemen waarin zelfwaardering en zelfvertrouwen een rol spelen. En wanneer het gaat over de relaties tussen groepen, stammen, volken, politieke partijen, afdelingen en organisaties, dan biedt het ook een zeer bruikbare toegang.
Voor mensen met een NLP achtergrond, levert dit model een aanvullende set instrumenten. Worden deze gecombineerd met het overige NLP repertoire, dan maakt dit de gebruikers een heel stuk slagvaardiger; en dan kunnen ze zich vaak niet meer voorstellen hoe ze hun werk deden zonder dit model.
Het begrip mentale ruimte speelt een centrale rol in het sociaal panorama model. In de praktijk betekent dit, dat we de representaties van anderen rondom en in ons lichaam projecteren. Waar, in de mentale ruimte, we anderen lokaliseren bepaalt de relationeel-emotionele betekenis van de relatie. De emotionele invloed van die beelden zorgt voor ervaringen zoals steun en confrontatie, macht en onmacht, liefde, aversie, adoratie, bezetenheid, saamhorigheid en eenzaamheid. Ook nabijheid, intimiteit, status, onderdanigheid, dominantie, vijandigheid, dubbelheid en haat ontstaan door mensen op een bepaalde afstand en in een bepaalde richting en op een bepaalde hoogte weer te geven.
We ervaren onszelf middenin ons sociaal panorama en creëren zo onze eigen posities en rollen. De kern van ons zelfconcept, is omgeven door een drie dimensionale constructie. Daarin hebben we voor onszelf vastgelegd wie we zijn. Wanneer we daaraan iets willen veranderen, kunnen we maar beter eerst naar ons innerlijke sociale landschap kijken.